Jip & Kip



Het zou de laatste keer zijn dat ze elkaar zagen. Of beter, dat ze even heel close elkaar waren. Het lot had het zo beslist, als zij dichtbij kwam, was het daarna snel voorbij. Ze wist het toen nog niet, maar dit zou de eerste keer zijn dat ze zich zou herinneren. 


Ze lagen met z'n tweeën op haar bed. Tien jaar allebei, en gek op elkaar. Ze waren vriendinnen sinds ze konden lopen. Zij was Jip en zij was Kip. Of eigenlijke waren ze allebei jongens; buiten spelen, hutten bouwen, in de bosjes. Meisjes deden dat niet, meisjes speelden met poppen, maar daar hadden Jip en Kip geen zin in. Buiten maakten ze verhalen, tussen bomen, met takken en een zeiltje, op het land met een bal en laarzen aan. 



Ze speelden ook wel eens op hun kamer. Als het regende. Zo ook die hele gewone zaterdagochtend. Met stiften, en lego. Die ochtend wisten ze niet meer hoe ze zo in elkaar verstrengeld waren geraakt. Zeven jaar samen, en nu waren ze al tien. Dit moest gevierd worden, en ze raakten meer nieuwsgierig naar elkaar. Hun borsten begonnen ook al een beetje te groeien, bij Jip iets meer dan bij Kip. Kip vond ze mooi. Dat zoiets zomaar aan je begint te groeien. Dat is toch wel gek. Jip ging zachtjes op Kip liggen, en ze voelden voor het eerst hun huid op elkaar. Zo zacht. Zo zacht. En heel anders dan van hun moeder. Ze zoenden wat, en giechelden hard. Het was spannend en om gek van te worden, Jip werd er geil van. Al wist ze toen nog niet wat dat was. Jip begon te dromen en de tijd was weg. Jip was samen van de wereld. 


De sensatie die door Jip's lichaam ging. Niemand mocht dit zien. Misschien was het daarom zo spannend. Jip wist het niet, maar Jip genoot. Ze lachten hard. Totdat plots de deur openging. Jip schrok op. Kip's moeder stormde de kamer binnen. Met een ruw gebaar trok ze Jip van Kip af. 'Dat doen we hier niet!' Jip deed gauw haar hempje weer naar beneden. En stond op. Er was blijkbaar iets heel erg, want Kip's moeder was des duivels. Jip had nog nooit zo'n boze vrouw gezien. 'Dit mag niet van de Here God!' Kip was van de strenge kerk. Kip zei tegen haar moeder dat het niks was. Dat ze niks deed dat tegen God in ging. Dat hielp niet. Kip's moeder dacht er duidelijk anders over en terwijl Jip naar beneden liep, kreeg Kip kreeg weer een pak slaag. Jip kon het niet meer aanzien, maar dit gebeurde er met kinderen die gezondigd hadden. 


Wat Jip met Kip had gedaan, mocht niet maar ze wist niet waarom. Zondigen iets doen wat verboden was. Kip's moeder sprak Kip venijnig toe, en schreeuwde naar Jip dat ze naar huis moest gaan en haar moeder vertellen wat ze had gedaan. Kip mocht daarna een week niet buitenspelen. Ze had straf. Jip vertelde week niets aan haar moeder en speelde vanaf die dag alleen. 


Kip moest van haar moeder andere vriendinnen zoeken. Dat ging niet van de een op andere dag, maar het ging. Soms zwaaiden ze daarna nog eens naar elkaar, maar daar bleef het bij. Het was beter zo had Kip's moeder gezegd. Ze hield haar bijbeltje goed vast, en De Here God stond achter haar.