Vrolijkheid



Kijk daar staat ze, mijn vriendin. Ze deelt  knuffelspeelgoed uit. Bij haar staan heel veel kinderen. Ze moet het uitdelen daarom stiekem doen, want anders gaat het mis. Ik zie het voor me. Er zijn veel meer kinderen dan er knuffels zijn. Er is hier van alles te weinig; te weinig onderdak, te weinig privacy, te weinig eten en drinken.*  Ze zit niet in Griekenland, Oekraïne, Syrië. Ik schrijf over een stukje Nederland. De meisjes en vrouwen zijn hier niet zo veilig. Er zijn er bij die alleen hier zijn. Alleen. Zonder familie. Ze wonen in tenten, maar er hangt niet bepaalt een festivalsfeertje. Ze vertelt er aan mij over. Het maakt indruk. Er schiet door me heen dat hier dingen gebeuren waarvan generaties na ons vragen waarom wij niet hebben ingegrepen. 


Vluchtelingenkamp Ter Apel. De mensen wonen er lang. Jaren. En er komen vanwege oorlogen steeds meer. De doorstroming hapert. Er zijn te weinig betaalbare huizen. Alles wordt duurder. We hebben te maken met een neokapitalistisch ingestelde politiek. De rijken eerst. De onvrede broeit. Een zondebok is zo gevonden. Ik weet niet of het tij te keren is. En hoe. 


Judith bouwt ondertussen samen met haar collega's bruggen. Een beetje vrolijkheid. Bij de kinderen. Ik zie ze staan. Stoepkrijt, foto's maken met pubermeiden, knuffels uitdelen. Het is zwaar werk, ze zien veel. Ze huilen en slapen er slecht van. Een beetje verschil maken is wat ze doen. Voor mensen die huis en haard hebben verlaten. De dankbaarheid van de kinderen is groot. Tussen hoop en vrees hoe het verder zal gaan in Ter Apel kijk ik vol bewondering naar Judith en haar collega's van de Vrolijkheid. Er gaat veel mis in Nederland, maar wat zij doen is goed en hartverwarmend. 




*

De Volkskrant schreef deze week dit: 

https://www.volkskrant.nl/cs-bb3ffbd9